De opleiding bachelor in de agro- en biotechnologie met afstudeerrichting voedingsmiddelentechnologie is sterk praktijkgericht. Het productieproces van voedingsmiddelen met aandacht voor smaak en kwaliteit vormen de basis van deze opleiding. Bij de verschillende theoretische vakken hoort een practicum. Grote troef van deze opleiding is dat afgestudeerden heel snel werk vinden.

Onze leerlingen konden met mini-industriële meettoestellen de verschillen meten tussen bloem (van zachte tarwe) en griesmeel (van harde tarwe).

Bloem die niet voldoet aan bepaalde bakvoorwaarden wordt gebruikt voor het maken van sausen, koekjes, pannenkoeken,.. Griesmeel afkomstig van harde tarwe vormt de basis voor het productieproces van deegwaren.

In de demokeuken werd brood gebakken van bloem (gewoon brood) en van griesmeel (etnisch brood). Bij het afbakken van de degen was het verschil duidelijk te zien en te proeven. De leerlingen van 5STW konden alvast ‘proeven’ van een dagje student zijn in een hoge school.